Lao (s)
Lao is en arm land. Een van de echt weinig overgebleven communistische landen. Er wordt veel in communes geleefd en gewerkt en op gezette tijden zag je een ambtenaar met n groot papier de taks van 10% innen op de verkochte waar. Mannen en vrouwen werken even hard en hebben beiden de zorg voor de kinderen. Opa en Oma fungeren ook veel als oppas. Het lokale bier “Laobier”, gemaakt van rijst, vinden wij erg lekker!
Lao heeft van de Vietnam oorlog veel te lijden gehad, ondanks hun neutraliteit. De Amerikaanse bommenwerpers, die door slecht weer hun lading niet konden droppen boven Vietnam, loosden hun bommen en napalm op Laos. Zo werd het onbedoeld een slachtoffer van deze oorlog. Er liggen nog duizenden bommen en granaten, die nog op scherp staan! Deze worden nu nog steeds onschadelijk gemaakt en opgeruimd. (40jaar na dato!)
Lao is tot 1947 een kolonie geweest van de Fransen, met de Franse taal kan men nog steeds uit de voeten. We hebben in Laos een boulangerie, patisserie (met heerlijk stokbrood en pain de campagne) gezien. In de hoofdstad Vientiane is tevens een (soort) Champs Elysee en Arc de Triomph, waar de Laotianen erg trots zijn. De S achter Lao hebben de Fransen bedacht, maar toen de Fransen wegwaren is de S mee verdwenen!
De bevolking is ook hier overwegend boeddhist. Overal monniken en Boeddha’s en tempels. Ook in grotten, je kunt er gewoon niet omheen! Knijpers voor de was ophangen kennen ze hier niet, alles wordt gedroogd op hangertjes. Een boottocht op de Mekonrivier leverde prachtige plaatjes op, zelfs vrouwen die goud uit de Mekon probeerden te zeven, het wordt nog mondjesmaat gevonden. De Chinese invloed is hier onmiskenbaar. Zij kopen hele resorts, hotels en restaurants op en de Chinezen hebben veel te spenderen! Chinees nieuwjaar vorige week, we waanden ons in China. Hoe meer we naar het noorden kwamen hoe dichter bij de Chinese grens. We hebben deze tot op 100 km benaderd en zijn toen naar het oosten afgebogen naar Vietnam.
In Lao hebben we op ‘n olifant gereden. We zaten in een tweepersoonsbakje, schommel de schommel, op dat beest! Halverwege vroeg de Mahout ( de persoonlijke oppasser van dit dier) wie zijn plaats wilde overnemen direct achter de kop. Dat durfde ik wel. De knieën moet je optrekken en worden achter de oren geplaatst. Zo kan je sturen. Maar het is wel ‘n hoogte hoor! Toen ik over m’n angst heen was, durfde ik het beest ook wel een borstelbeurt te geven in de rivier. Geweldig!
Deze 12 dagen Lao heeft ons een redelijk goede indruk van het land en zijn bevolking gegeven. Het heeft wel een groot alcoholen drugs gerelateerd probleem. We zitten tenslotte in de Gouden Driehoek.