int(111) De nieuwe camper - Gerard en Thea Lascaris op reis
zaterdag 16 september 2017

Sneeuw!

Vanuit Sydney zijn we 65 km landinwaarts naar de Blue Mountains gegaan. Met 15 jaar terug, toen we er waren, is het nu erg toeristisch geworden. Er is een kabelbaan bijgekomen, waar de bodem eerst van matglas is, en ineens doorzichtig wordt! Diepte is dan goed te zien. Het tandradbaantje, waar ik toen ook inzat en waar ik nog wel eens van droom, zo eng, is nu een modernere variant geworden. Het gaat over een lengte van 415 mtr, 206 mtr naar beneden. Hellingsgraad is 52°, nog steeds ben ik bang dat ik voorover eruit val!

Daarna binnendoor naar Canberra, de hoofdstad van Australië. Het is echt ‘n diplomatenstad, wijds, ruim opgezet en veel groen. Als eerste gingen we naar het parlementsgebouw, mooi en statig. De camper onderin de enorme parkeergarage gestald en naar binnen. We konden zo doorlopen, geen fouillering etc. Op de eerste verdieping zijn tegenover elkaar, de 1e en 2e kamer. De eerste kamer heeft 67 senatoren en de tweede kamer 150 parlementariërs. Alleen bij het betreden van beide kamers werden we gefouilleerd alvorens op de publieke tribune plaats te nemen. Zoveel scholen hebben we daar gezien, waar de basisdemocratie aan hen werd onderwezen. Uit het hele land komen ze en rijden rustig 700-800 km. Canberra is een eigen staat, zoiets als Vaticaanstad. Het heet the ACT. (Austalian Capitol Terrirorry) met eigen vlag.

In de diplomatenwijk, waar alle ambassades staan, hebben we een kijkje genomen. Het grappige is dat vele ambassades de bouwstijl, die in hun land gangbaar is, mochten nabouwen. De Amerikaanse ambassade is echt Fort Knox. Wat ’n bewaking. Buiten alle Europese ambassades is er ook n aparte van de Europese Unie.

Vanuit Canberra gingen we via Cooma naar de Snowy Mountains, die z’n naam met recht eer aandoet, en dat voor September! (meteorologisch is het hier lente). Via het dalstation van de Ski-tube met een tandradtreintje, dwars door de berg. Ondergronds overstappen op een tweede treintje en bovengekomen, een oogverblindende schoonheid! Wat ’n sneeuw en wat ‘n groot skigebied! Druk dat het er was! We hadden geen winterkleren voor de sneeuw mee, dus maar laagjes over elkaar aan en handschoenen en twee mutsen ter plekke gekocht. Ik denk dat we allebei dit als het meest verrassende van heel Australië hebben ervaren.

Veel wombats hebben we gezien, levenden en doden. Het zijn best grote beesten. Grote tussen een mopshond en een varken.

De Great Dividing (bergketen), waar we vanuit de Snowy Mountains doorheen reden, richting kust heeft heftige percentages klimmen en dalen. 20° stijging, zonder haarspeld is heel normaal. We bleven lange tijd op 1000 mtr. hoogte en dan is het fijn als je ’s avonds een goede kachel hebt.

Aangekomen in Eden, aan zee, was het weer ‘n heerlijke temperatuur. Dus korte broek en open schoenen weer aan. Daar heeft Gerard de camper weer eens gewassen en nog steeds komt er via de achterbumper en achterlichten nog het rode stof van de Gibb River Road in het noorden, uit.

Via Eden onderlangs de Princes Hwy genomen naar Lake Entrance waar we nu verblijven.

Inmiddels hebben we bericht gehad van twee rederijen, wanneer een schip aankomt in Melbourne en de camper naar Bremerhaven kan varen. Dit gaan we nu op ons gemak uitzoeken, en daarna de vliegtickets boeken.

We hebben nog ruim zeven weken, maar o, o wat gaat de tijd snel. Sta je aan het begin van de reis van 1 jaar, dan denk je een zee van tijd te hebben, terugkijkend lijkt het een oogwenk!